De Osprey Kestrel 48 heeft zich al jaren bewezen. Geliefd door wandelaars, op handen gedragen door reviewers. De gloednieuwe versie is nóg weer beter. Perfecte rugzak voor korte wandeltrekkings met tent. Of voor lange huttentochten. Het was mijn keuze voor een pelgrimstocht naar Rome die ik heb ondernomen!
Gewicht: 1.630 gram | Inhoud: 48 liter | Hoogte: 75 cm | Breedte: 34 cm | Diepte: 32 cm | Maat: S/M en M/L | Verkrijgbaar in 4 kleuren | Frankwandelt-rating: 90/100 | Prijs: €179 op Amazon.nl
Opgewonden als een kind ben ik als de nieuwe Kestrel per post arriveert. M’n andere Osprey’s – de geweldige Aether 70 en de al even voortreffelijke dagrugzak Talon 20 - bevallen enorm goed. Maar zal ook de Kestrel in de smaak vallen?
Voor mij hangt er veel van af: later dit jaar ga ik op pelgrimstocht naar Rome, en deze Kestrel heeft daarvoor de ideale maten en het perfecte gewicht. Wordt het mijn ideale reismaatje waarmee ik 24/7 ga doorbrengen?
Met ruim 1.600 gram is hij veel lichter dan m’n Aether. En 48 liter is precies goed voor een lange tocht van klooster naar hotel naar berghut naar B&B. Kan ik ook nog een extra setje nette kleding meenemen voor ‘s avonds in het restaurant. Plus m’n Fujifilm-camera met lenzen. Om m’n wilde Italiaanse avonturen haarscherp mee vast te leggen.
Dus vol verwachting klopt mijn hart als ik de Kestrel uit de verpakking haalt. Liefde op het eerste gezicht, want wat is het weer een beauty! Ik weet niet wat het is met de Osprey’s, maar ze zien eruit alsof een compleet team top-ontwerpers ze met veel liefde en geduld in elkaar hebben gezet. Alles ademt kwaliteit. Over elke feature is zorgvuldig nagedacht.
Wat ik over de Osprey Aether heb geschreven geldt zeker ook voor de Kestrel: voor de rugzak zijn kwaliteitsmaterialen gebruikt, hij zit boordevol handige vakken, de schouderbanden zijn van het super comfortabele mesh-materiaal. En bij alle details van de Kestrel valt het vakmanschap op. Stiksels, ritsjes, trekkoordjes, spanbanden: ze zijn allemaal tot in de puntjes afgewerkt.
Maar een mooi uiterlijk wil nog niet zeggen dat het ook een goede rugzak is. Voordat hij voor een paar maanden met me mee mag op m’n pegrimage, moet hij zich eerst maar eens bewijzen. En op twee punten ben ik superkritisch: draagt hij lekker en is hij handig in het gebruik?
Gelukkig heb ik een uitstekende kans om de Kestrel 48 door de mangel te halen: ik ga op een meerdaagse trektocht met tent door de bergen van Mallorca. Je verwacht het niet op dit eiland, dat bekend is van z’n overvolle stranden en feestende jongeren, maar het bergachtige noorden is een schitterend gebied om een dag of 5 doorheen te trekken.
M’n eerste zorg: past alles wat ik nodig heb wel in deze lichte, compacte rugzak. Tot m’n verbazing hoef ik me nergens druk over te maken: m’n complete kampeeruitrusting past erin alsof de Kestrel ervoor gemaakt is.
Heel fijn zijn de twee hoofdcompartimenten, die beiden goed bereikbaar zijn via stevige ritsen. De onderste is bedoeld voor je slaapzak, maar ik gebruik hem voor m’n kampeeruitrusting: handig als die straks nat is.
OK, veel ruimte schiet er dan niet meer over. Kookspullen bijvoorbeeld passen er alleen nog in als ik bereid ben om stevig te proppen. Maar die neem ik op dit soort korte trips toch al nooit meer mee. Dus waarom heb ik eigenlijk al die jaren een 70 liter rugzak meegezeuld als ik ook met 48 liter goed toe kan? En zo flink wat gewicht kan besparen?
Op het vliegveld werpen m’n vrienden (met hun lompe en afgetrapte 70 liter rugzakken) stikjaloerse blikken op m’n mooie nieuwe Kestrel. Even ben ik de bink. En heb ik zelfs de indruk dat ik dankzij m’n Kestrel sjans heb van de incheck-dame. Maar misschien verbeeld ik het me...
Tijdens de trekking door de bergen zit de Kestrel me als gegoten. De heupbanden en schouderbanden zijn lekker comfortabel, zelfs als je er 7 uur of langer mee rondsjouwt, berg op – berg af. Hij zit strak tegen m’n rug, met toch genoeg ruimte om de ventilatie z’n werk te laten doen.
Het weer op Mallorca is zo-zo: regen, zon, regen, zon. En dan heeft de Kestrel een simpele maar effectieve feature aan boord. Aan de achterkant zit namelijk een vak waar je je regenkleding binnen 2 seconden in wegstopt. En als het plenst, tover je die binnen 2 seconden weer tevoorschijn. Daaraan merk je: de ontwerpers van Osprey moeten echt zelf ook hikers zijn die dat gemist hebben bij andere rugzakken.
En zo bevat de Kestrel, net als de Aether, unieke features die het leven van een wandelaar veraangenamen. Zo is het topvak heerlijk ruim, zodat je je belangrijkste spullen direct bij de hand hebt. De regenhoes zit in z’n eigen vakje aan de onderkant van de Kestrel, zodat je die ook razendsnel kunt bereiken.
Ook de grote mesh-zijvakken zijn ruim: die gebruik ik altijd voor m’n waterflessen. En ritsvakjes op de heupband zijn ideaal voor m’n GPS-apparaat links en m’n mobieltje rechts. Alles binnen handbereik. Het leven van een wandelaar gaat opeens over rozen.
Over twee features is ook goed nagedacht: de grote ritsen aan de zijkant. De linkerrits geeft toegang tot een langwerpig en ruim vak waarin je bijvoorbeeld een warm vestje en wat mueslirepen kunt wegstoppen. Via de rechterrits bereik je het hoofdcompartiment. Dat is erg handig, want zo kun je ook spullen die onderin dat hoofdvak zitten, razendsnel bereiken.
Nadeel van zoveel verschillende vakken: je moet wel onthouden waar je wat hebt weggestopt. Anders ben je wel even bezig met zoeken. Dat vraagt wat van je organisatietalent. Maar heb je eenmaal een systeem bedacht dat voor jou goed werkt, dan heb je hier onderweg veel voordeel van.
Mij zit de Kestrel tijdens de trip naar Mallorca zonder aanpassingen als gegoten. Maar is dat niet zo: je kunt het rugpand aanpassen aan je ruglengte. Een must voor een rugzak, want geen twee ruggen zijn hetzelfde.
Naar één feature heb ik echt met een loepje moeten zoeken: de manier waarop je je wandelstokken aan de Kestrel kunt vastmaken. Dat blijkt handig te kunnen via de ‘Stow-on-the-Go trekking pole attachment’. Een hele mondvol waar je je tong over breekt, maar bekijk dit filmpje van 14 seconden en je snapt het direct.
Zelf wandel ik nooit met stokken, want ik ben jong en stoer. Dus ik heb dit niet echt kunnen testen in de praktijk. Maar het ziet er handig uit: zonder je rugzak af te doen, steek je je wandelstokken snel weg en heb je je handen vrij. Bijvoorbeeld bij een lastig klimmetje. Of om te worstelen met een grizzlybeer.
Gelukkig komen we die niet tegen in de Mallorcaanse bergen. Wel bijzonder veel natuurschoon. En inderdaad wat lastige klimmetjes waar ik me in allerlei halsbrekende bochten moet wringen. Ook dan blijkt het voordeel van een compacte en lichte rugzak: ik beweeg me veel makkelijker dan ik gewend ben, kan grote stappen naar boven of opzij maken, zonder dat de Kestrel in de weg zit. Super!
Kortom: de Kestrel 48 is met vlag en wimpel geslaagd voor mijn uitvoerige test. En om dat te vieren blaas ik even op het schelle noodfluitje in de borstband. Hij is door naar de volgende ronde.