Elk langeafstandspad kent wel een lelijk eendje en deze etappe van Coevorden naar Hardenberg is er zo eentje. Landschap dat doorspekt is met drukke wegen. Horizonvervuiling van windmolens en verdozing. En dan krijg je ook nog flink wat asfalt onder je schoenzolen. Vestingstadje Gramsbergen halverwege is een lichtpuntje.
Op deze winderige dag neem ik afscheid van Drenthe: vlak onder Coevorden stapt het Pieterpad Overijssel binnen. Glibberige modderpaden langs bedrijventerreinen leiden je naar een hooggelegen plek die dat markeert: de Poort van Drenthe. Dit kunstwerk in de vorm van een poort is opgebouwd uit reusachtige zwerfkeien. Leuk, vindt ook een overactieve mol. Maar die hooggelegen plek geeft je gelijk goed zicht op het gebied dat je vandaag gaat doorkruisen. Heel blij word je daar niet van.
Maak je louter rondwandelingen door de mooiste gebieden van Nederland, dan kan het idee postvatten dat ons land alleen maar bestaat uit fraaie natuur. Een gaaf land met bloemrijke beekdalen, glooiende heidevelden, oude bossen, blanke duintoppen en zandverstuivingen die de Sahara imiteren. Niets is helaas minder waar, en dat merk je als je langeafstandspaden gaat lopen. Want dan opeens kun je niet meer om alle lelijkheid heen die ons land ook ‘rijk’ is.
De hand over hand toenemende verdozing van het landschap bijvoorbeeld, waar je vanaf de Poort van Drenthe goed zicht op hebt. Grauwe, raamloze blokkendozen, vooral langs snelwegen, maar steeds vaker ook in voormalige weilanden waar ooit koeien graasden. Pakhuizen van de interneteconomie. Al die pakketjes die jij en ik – al dan niet met een glimlach – bestellen bij Coolblue, Amazon en Bol.com moeten toch ergens vandaan komen.
Langs deze etappe van het Pieterpad krijg je er nogal wat in zicht. En die worden afgewisseld met fikse windmolenparken, die vandaag dankzij de harde wind overuren maken. Soms zijn ze gecombineerd met zonneparken, zoals ook hier langs het Pieterpad. ‘Zonnepark’ klinkt als een vakantieoord, maar in dit geval is het een enorm terrein van een kilometer bij een kilometer volgestouwd met glimmende zonnepanelen en omgeven door gigantische windmolens. Een zwart gat in het landschap.
Energietransitie is noodzakelijk, maar niet noodzakelijk mooi. Waarom eigenlijk niet? Dat het ook anders kan, toont een artikel in De Volkskrant: ‘Moeten zonneparken altijd groot en lelijk zijn?’
Ter hoogte van het grote en lelijke zonnepark zie ik in de verte een man met een hond mijn richting op komen lopen. Als hij dichterbij komt, blijkt de trouwe viervoeter een karretje te zijn dat hij achter zich aantrekt. Een collega-wandelaar, zo merk ik als ik met hem in gesprek raak.
Twee weken geleden is hij gestart op de Sint Pietersberg, 350 kilometer verderop. Hij loopt het Pieterpad in omgekeerde richting in één wandelvakantie, zo’n 25 kilometer per dag. Een mooie prestatie, vooral ook omdat hij dat karretje met flink wat bagage voorttrekt. Volgens hem is dat ideaal: je hoeft geen zware rugzak te torsen. Verderop ploetert hij met fikse tegenwind door de modder, het karretje hobbelt achter hem aan, en ik ben er niet zeker van dat dit ook iets voor mij is.
Mijn portie modder heb ik inmiddels gehad, want nu stapt het Pieterpad over op asfalt. Dat loopt weliswaar een stuk makkelijker, maar daar is ook alles mee gezegd. De route knoopt asfaltweg aan asfaltweg, waarbij je goed zicht houdt op de drukke provinciale weg N34. Het enige wat leuk is aan die weg is zijn naam: Hunebed Highway. Gelukkig maken de wolkenluchten veel goed.
Vestingstadje Gramsbergen (spreek uit: Grambarn) komt in zicht. Een oud stadje, gelegen aan De Vecht, dat al stadsrechten heeft sinds 1442. In die tijd was het verbonden met belangrijke Hanzesteden als Deventer, Zwolle en Kampen. Mensen wonen hier al veel langer, in Gramsbergen zijn gebruiksvoorwerpen gevonden van 10.000 jaar geleden.
Een pittoresk plaatsje is het, met beschermd stadsgezicht. Aangenaam om even stil te staan op het Meiboomsplein, met restaurant De Woage als blikvanger. Op dit plein, omgeven door historische panden, kwamen in vroeger tijden inwoners samen, werd de krant voorgelezen en was er kermis. Toenmalig Koningin Beatrix bezocht het Meiboomsplein in 1998, haar betovergrootvader Willem II deed hetzelfde 150 jaar eerder. Bij het kerkje waar je langskomt staat een grappig bronzen beeldje van drie Pieterpad-wandelaars.
Dat geeft de wandelaar moed, en die heb je nodig, want deze etappe vervalt al snel weer in inmiddels vertrouwd stramien: asfalt onder je schoenen, uitzichten op drukke wegen en horizonvervuiling. Even denk je: we zijn hier toch in het Vechtdal? En het Vechtdal is toch mooi? Zeker weten, maar nu even niet, hoewel je vanuit het uitkijktorentje ‘Hello Sailor’ toch even fraai zicht krijgt op de brede regenrivier.
Schattige Bonte Bentheimer-varkentjes langs het pad ontlokken een glimlach. En het Engelandse Bos biedt een welkome onderbreking, al is het maar omdat het hier eindelijk even ophoudt met hard waaien. Als je het bos uitkomt, is Hunebed Highway nooit ver weg. Sterker nog: even verder scheer je er pal langs. Gelukkig komt eindpunt Hardenberg nu in zicht. En de volgende etappe biedt hoop: die gaat helemaal door het Vechtdal naar Ommen en ziet er op de kaart een stuk appetijtelijker uit.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.