Net als bij de vorige etappe is ook nu de glansrol weggelegd voor een kasteel: het fraaie 14de eeuwse Slangenburg. Maar er is meer. Je passeert een melkfabriekje, een kathedraal en de Oude IJssel. En wandelt door een houtwal die gered is dankzij bewonersinzet. Saaie kilometers kent deze etappe helaas ook. Maar dan doemen de heuvels van het Montferland op.
In Zelhem kom je langs het beeldje van Smoks-Hanne, een plaatselijk kruidenvrouwtje uit de 19de eeuw dat in de volksverhalen uitgroeide tot een goedaardige toverheks. Door rustige straatjes wandel je het dorp uit, waarbij je de oude coöperatieve zuivelfabriek Erica passeert, gevestigd in 1902. Een zuivelfabriek is het nog steeds: er rollen jaarlijks 60 miljoen pakjes roomboter uit de fabriekshallen.
De nijvere dames die hiervoor verantwoordelijk zijn, ontmoet je verderop: de weilanden staan vol Fries stamboekvee. Tussen die weides en akkers met bieten, mais en aardappels gaat de tocht. Lekker veel onverharde kilometers in de eerste helft, weer door zo’n onweerstaanbaar coulissenlandschap. En let daarbij op nog iets bijzonders: de Kathedraal van Heidenhoek.
Het markante gebouw zie je al van verre: door z’n hoogte van 18 meter is het een ijkpunt op het platteland. Vroeger was het een silo waar ze veevoer in opsloegen. Boven in de silotoren is tegenwoordig een B&B gevestigd. Vanuit de glazen lounge krijg je fraaie panorama’s over de omgeving.
Langs goudgele graanvelden wandel je verder, en even later sla je een fraai paadje in langs een ruig begroeide houtwal met eiken, berken en beuken: het Kolstroeterpad. Die houtwal was bijna gekapt bij de laatste ruilverkaveling. Gelukkig kwamen de buurtbewoners in het geweer: in het jaar 2000 voerden ze actie voor het behoud van hun houtwal. Een prachtig traject is het, waarbij je uitkijkt over weilanden met alweer die koeien – die 60 miljoen pakjes boter moeten ergens bij elkaar gegraasd worden.
Na al die open landschappen zorgen de bossen van landgoed Slangenburg voor een intiem gevoel. Over statige beuken- en eikenlanen ga je, en later over een serie slingerpaadjes. Het gelijknamige kasteel is nu niet ver meer. Als ik arriveer zorgen dreigende wolkenluchten voor dramatische beelden. Op het terras op de binnenplaats is het goed koffie drinken. De taartjes ogen smakelijk, maar het kan niet alle dagen feest zijn.
Met het kasteel in de rug duik je een zeer smal paadje in, dat zich een weg baant tussen rijen dikke eiken. De woeste ondergroei van varens streelt je benen. Je slingert mee over een fraai traject langs sappige weides, bosranden en akkers.
Dan is de koek voorlopig op: over asfaltweggetjes gaat het nu, je pakt een akelig stuk langs een snelweg die je via een akelig tunneltje onderdoor gaat. Nog meer asfaltweggetjes leiden je langs herberg Het Onland, anno 1790. Verderop wacht de Oude IJssel, met een ingewikkeld ogend sluizencomplex.
Voor de verlate lunch – bankjes waren dun gezaaid – zijg ik neer langs het water, waar talloze libellen en waterjuffers overheen scheren. Op het tempo van het traagstromende water komt een jacht aangetuft. In de sluis begint het afschutten: langzaam daalt het waterpeil. De kapitein zie ik eerst ten voeten uit op het dek staan. Centimeter voor centimeter zakt hij weg, tot alleen nog z’n roodverbrande kale schedel zichtbaar is. Die zie ik vervolgens – als in een droom – wegglijden langs de sluismuur.
Na dit spektakel pak ik een aardig vlonderpad tussen hoog riet. Maar vervolgens rijgt het Pieterpad het ene asfaltweggetje weer aan het andere. Rustig zijn ze wel, maar daarmee is ook alles gezegd. Nog één keer wordt het asfalt onderbroken door een hobbelig grassig paadje langs bloemrijke weilanden.
Even verder blijkt dat de koeien niet alleen in het weiland staan, maar ook met z’n tienen op de weg die ik in moet. Tien tegen één is niet eerlijk. Gelukkig zijn koeien lieve dieren, dus ik wurm me erlangs. Behoedzaam, want het is nogal wat schrikachtig vlees dat onverwacht mijn kant op kan stormen.
Dan neemt het saaie asfalt het weer over. Gelukkig doemt iets moois op aan de einder, iets waarop ik me kan verheugen: de groene heuvels van het Montferland die voor morgen op het program staan. Zin in!
Officieel eindpunt van vandaag is Braamt. Maar omdat ik daar geen onderkomen kon regelen, wandel ik door naar Hotel Ruimzicht in Zeddam, anderhalve kilometer onder Braamt. Prima hotel, al krijg ik ‘s avonds m’n vegetarische schotel met gepofte rode biet geserveerd met dikke vette friet. Merkwaardige combi.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.