Na vier etappes van het Noord-Hollandpad valt het kwartje: Noord-Holland is geen wandelprovincie. Het landschap is te plat, te weids en soms ook bijzonder lelijk. Je loopt eindeloze einden door gebied met weinig variatie. Zeker op deze miezerige zondag tussen Akersloot en Krommenie viel ik zowat in slaap. Gelukkig hield het vele vliegverkeer me wakker. Gek genoeg heb ik toch lekker gelopen.
Want leuk is het wel om van de kop van ‘mijn’ provincie helemaal naar de staart te lopen, dus ik ga hem zeker afmaken. Ik verheug me op de volgende etappes. Die gaan eerst door het industrieel erfgoed van de Zaanstreek. Ook het Gooi is natuurlijk niet te versmaden. Ben benieuwd.
De etappe start overigens ‘officieel’ in Driehuizen. Maar dat charmante gehuchtje is volledig verstoken van openbaar vervoer. Niks, niente, nada, rien du tout. Ja, een ‘zonetaxi’, whatever that may be. Hoe kun je daar dan een route laten starten? Zijn ze nou helemaal van de woelmuizen besnuffeld bij het Noord-Hollandpad?
Akersloot: een in slaap gesukkeld dorp met bijzonder weinig sjeu. Na de (ook al saaie) jachthaven loop je door weilanden en langs water, heel veel water. Deze etappe gaat grotendeels langs de grillige oeverlanden van het Alkmaarder- en Uitgeestermeer, en grotendeels over verharde paden en wegen.
In de routebeschrijving staat dat de route ‘deels rolstoelvriendelijk’ is. Als rolstoelbezitter heb je daar natuurlijk bijzonder weinig aan als je wielen vervolgens vastlopen in het modderweiland waar je óók doorheen moet. Zelfs op de turbostand kom je daar niet doorheen, dat kan ik je verzekeren.
Afijn, dat stuk dwars door de weilanden is (afgezien van de modder) wel weer leuk, en tevens het hoogtepunt van deze wandeling. Over een dijkje loop je pal langs het Alkmaardermeer. En dat bochtige dijkje was in dit jaargetijde voorzien van de prachtigste paddenstoelen.
In het vele riet schijnt de Noordse woelmuis te schuilen. Schuilen deed hij, want ik heb hem niet gezien. Jammer, want het is een bijzonder schattig diertje, dat op de Rode lijst van zeer streng beschermde zoogdieren staat. De volksmond noemt hem ook wel rattekop, rottekop en zeemol. Het zal je maar gezegd worden.
Je loopt langs de oude strandwallen, molens en gemalen van Dorregeest en Uitgeest. Speciaal voor deze route zijn doodlopende voetpaden door veenpoldertjes en over graskades met elkaar verbonden.
De 17e eeuw was voor Uitgeest een bloeitijd. Geld verdienden ze met de Oostzeehandel, haringvisserij en walvisvangst. En in het dorp werden houtzaagmolens gebouwd, je wandelt pal langs een paar exemplaren. Uitgeestenaar Cornelis Corneliszoon van Uitgeest (1550-1607) is overigens uitvinder van de houtzaagmolen.
Je wandelt ook over voormalige zeedijken. Bijvoorbeeld de Lagendijk onder Uitgeest. Die dijk is in de middeleeuwen opgeworpen om het oprukkende water van IJ en Zuiderzee tegen te houden. Later, na de afdamming van de Krommenie en de inpoldering van het IJ is hij zo verlaagd dat hij nauwelijks meer als dijk te herkennen is. Overigens moet je deze zeer lange dijk met aardig wat autoverkeer delen, dat is niet zonder meer een genoegen.
Vergeet vlak voor Krommenie niet het dorpje Krommeniedijk even in te lopen (de route scheert er langs), een mooi dorpje met leuke houten dijkhuisjes, een charmant kerkje en een lapjeskat die de wacht houdt.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.