Deze wandeling voert je van de drukte van het Leidseplein naar de rust van kunstenaarsdorpje Ruigoord in het wilde westen van Amsterdam. De tegenstelling kan bijna niet groter zijn. De tocht biedt nóg meer variatie: liefst drie stadsparken doorkruis je, plus natuurgebieden De Bretten en Geuzenbos.
Dit is etappe 5 uit de wandelgids ‘Buiten de binnenstad van Amsterdam’. In deze gids beschrijft routemaker Alex Buis een langeafstandswandeling van 227 kilometer in 14 etappes. Bijna een half Pieterpad lang dus, maar dan binnen de stadsgrenzen van de hoofdstad.
Voor terrassenliefhebbers is op het Leidseplein na de lockdown weer veel te genieten. Toch heb ik meer oog voor de veertig bronzen hagedissen aan de voet van het City Theater. ‘Blauw Jan’ heet het kunstwerk officieel, genoemd naar de 17e-eeuwse herbergier Blaauw Jan Westerhof, die wilde dieren verzamelde in zijn achtertuin én vaak blauw zag van de drank. De iconische hagedissen moesten tijdelijk wijken voor de grootschalige renovatie van het plein, maar ze zijn gelukkig weer te bewonderen.
Onderweg naar het Vondelpark kom je in de Roemer Visscherstraat langs de Zevenlandenhuizen van architect Tjeerd Kuipers uit 1894. De zeven huizen hebben elk een bouwstijl uit een ander Europees land. Ik had ze nog nooit gezien, maar die huizen in combinatie met de bochtige straat geven een romantisch ‘buitenlands’ gevoel, wat na de reisonthouding vanwege corona heel welkom is.
Romantiek vind je ook in het Vondelpark, met z’n kronkelige lanen, grillig gevormde vijvers en bosschages. Allemaal kenmerken van de romantische landschapsstijl die rond de aanleg in 1867 in zwang was. Die stijl moest de bezoeker het gevoel geven middenin de natuur te verkeren. Helaas is het daarvoor op deze zondag veel te druk met joggers, fietsers, skaters, bootcampers en bodypumpers.
Initiatief tot de parkaanleg kwam van een groep Amsterdamse notabelen. Met het voor die tijd enorme bedrag van 83.000 gulden kochten ze twaalf hectare drassige grond net buiten de Leidsepoort. Notabelen wonen hier nog steeds, let maar op de kapitale villa’s die het park omringen. En loop zeker ook even door het prachtige rosarium, met nu in juni volop bloeiende rozen.
Na wat leuke straatjes rond het Hoofddorpplein wandel je je tweede park binnen: het Rembrandtpark, dat veel te bescheiden is om Neerlands grootste schilder te eren. In dit soort parken valt me altijd weer op hoeveel hondenliefhebbers Amsterdam telt. Wat geen klacht is maar een feitelijke constatering. Of nou ja, eigenlijk is het wel een klacht ;) Het park ontstond rond 1973 op tuinbouwgrond van de Sloterpolder.
Via het Mercatorplein met z’n monumentale torens, van de architectenhand van Berlage, maak je de oversteek naar je derde stadspark: het Erasmuspark. Niet vernoemd naar een schilder dit keer, maar naar een van de grootste filosofen van Nederland, Desiderius Erasmus. Gelukkig zijn schilders nooit ver weg: in het jaar 2000 is het park heringericht ‘in Mondriaanstijl’. Je komt langs een grappige ijsbeer en door de bloemrijke ‘Miracle Garden’, ontworpen door de Amsterdamse beeldend kunstenaar Elspeth Diederix.
Over de Erasmusgracht – later de de Burgemeester van Tienhovengracht – steven je af op de randen van de stad. Een lang, maar aangenaam traject tussen rijen oude platanen langs het water. Af en toe zit er een doorbijtstukje in door saaie woonblokken uit de jaren vijftig.
Dan wandel je het prachtige natuurgebied De Bretten binnen, genoemd naar een oude herberg en tapperij uit 1635. Hier overvalt je het gevoel dat je ver buiten de stad bent aanbeland. Waarbij wel te merken valt dat corona op z’n retour is: het vliegverkeer komt weer flink op gang, elke paar minuten brult een gevleugeld blik toeristen over het natuurgebied.
Je wandelt hier vlak langs het spoor tussen Amsterdam en Haarlem, de eerste spoorlijn van Nederland. De tocht voert door veenweidegebieden, langs moerassen en kreken. Pal onder de rook van Amsterdamse industrie en woonwijken leven hier dieren als waterspitsmuis, rugstreeppad, bunzing en vos. Roerdomp, buizerd, koekoek en bruine kiekendief delen hun liefde voor De Bretten.
Je duikt snelweg A5 onderdoor naar het Geuzenbos. Pas een kwart eeuw geleden is het aangelegd als natuurgebied, maar het ziet er nu al ruig uit. Vanaf de lange Spaarnwouderdijk krijg je fraaie vergezichten over drassige weides met konikpaarden en Schotse hooglanders. De voormalige Suikerfabriek bij Halfweg – ‘Sugar City’ – schemert aan de horizon.
Je passeert een oude banpaal, ook wel mijlpaal genoemd. Die gaf vroeger de grens van een stad aan. Deze mijlpaal uit 1624 is een van de zes Amsterdamse mijlpalen. Rembrandt – daar heb je hem weer – legde deze banpaal in 1650 vast op een van zijn etsen. Daarom wordt hij ook wel de Rembrandtpaal genoemd.
Je wandelt Spaarnwoude binnen, een recreatiegebied dat me altijd met een saai regenachtige-zondagmiddag-gevoel opzadelt, en dat gebeurt nu ook. De zon breekt pas weer door aan het eind van deze gevarieerde wandeling, bij kunstenaarsdorpje Ruigoord. Loop zeker even binnen en dompel je onder in de creatieve sfeer die hier heerst.
Ruigoord kent sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw een woelige geschiedenis. Keer op keer werd het bedreigd door de annexatiedrift van Amsterdam. Het dorpje stond een aantal keren op het punt opgeslokt te worden door uitbreidingen van de Amsterdamse haven, maar werd telkens op miraculeuze wijze gespaard. Ruigoord ligt nu als een eilandje ingeklemd tussen haven en industrie. Bij de kerk vind je trouwens een aangenaam terras.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.