Vergezichten genoeg op deze laatste etappe van de Heuvelrughike. Tussen Amerongen en Rhenen wandel je door gevarieerde bossen en beklim je de Amerongse Berg, het hoogste punt van de Utrechtse Heuvelrug. Kasteel Amerongen bij de start wedijvert in schoonheid met de Cunerakerk aan het eind. Daverend slotakkoord: het uitzicht over de Blauwe Kamer. Frankwandelt-rating AAA+!
Een tocht langs letterlijke en figuurlijke hoogtepunten zou je deze slotetappe van de Heuvelrughike ook kunnen noemen. Het eerste – figuurlijke – hoogtepunt vind je direct bij de start: Kasteel Amerongen, waar je natuurlijk even een kijkje gaat nemen. Al is het maar omdat ze er ook koffie serveren bij Annebetjes theeschenkerij.
Een nog leukere pleisterplaats vind je op weg naar de Amerongse Berg. Mas Montagne heet het idyllisch in de bossen gelegen café-restaurant, waar ze biologische en streekproducten serveren. Een parade aan smakelijke taarten zien we voorbijkomen op het ruime terras, maar we houden het bij biologische koffie.
Een kroegentocht is dit natuurlijk niet, en we hebben nog flink wat hoogtemeters te gaan naar de Amerongse Berg, het dak van de Utrechtse Heuvelrug. Die gaan over een brede beukenlaan, die half november nog fraai in herfsttooi staat. We lopen hier zeker niet alleen op deze prachtige zondag in de herfst.
De Amerongse Berg mag dan het hoogste punt van de Heuvelrug zijn, uitzicht heb je er niet. Wel een bordje dat ons vertelt hoe hoog we inmiddels leven: 69 meter boven NAP. Dat haalt het natuurlijk niet bij de top der toppen, de Vaalserberg. Deze Nederlandse Mount Everest tikt liefst 322,4 meter aan.
We dalen af om even later opnieuw een forse klim te maken naar een juweeltje: een hoge solitaire eik. Die staat hier al sinds de aanleg van het omringende ‘sterrenbos’ in 1792. Het bos heeft de vorm van een wagenwiel met spaken, waarbij de spaken de paden zijn. Handig bedacht door de heren van Kasteel Amerongen. Vanuit het centrum konden ze het wild de paden zien oversteken. Om ze in één moeite door af te knallen.
En opnieuw gaat het naar beneden, over een lange rechte laan met beuken, eiken, berken en schitterend verkleurende lariksen. Ondertussen genieten we van uitzichten over de bossen in de diepte. Af en toe kruisen we een mountainbikepad, waar je goed moet opletten om niet van je wandelsokken gereden te worden.
Even verder komen we langs het verstilde Egelmeer, een voormalig hoogveengebied. Het water is compleet verdwenen, wat rest is een fraai veld met een mengeling van dop- en struikheide. Het komvormige meer stamt al uit de laatste ijstijd en de Romeinen noemden het ‘Aegil Marum’: het Bloedzuigermeer. Dat aegil is verbasterd tot egel. Met egels heeft het meer dus niets te maken.
We wandelen langs een heuvelachtig heideveld, waar we uitkijken over de omliggende bossen. Door de verre zichten en het ontbreken van horizonvervuiling lijkt het net alsof je in de heuvels van de Ardennen of Frankrijk bent.
Helemaal bovenaan staan we op de Elsterkop, het uitzichtpunt vanaf de Elsterberg. Heel in de verte piept de Lange Jan van Amersfoort boven de boomtoppen uit, met 98 meter de op twee na hoogste kerktoren van Nederland. Bij kraakhelder weer zie je zelfs de windmolens van de Eemdijk in de Flevopolder, op 63 kilometer afstand.
De Heuvelrughike gaat vandaag op en neer dat het een lieve lust is, en dat maakt hem zwaar. Nu duiken we opnieuw de bossen in, ditmaal van Landgoed Prattenburg, een van de vele buitenplaatsen die de Heuvelrug rijk is. We wandelen over beukenlanen die hier in de 18de en 19de eeuw zijn aangelegd.
We pakken ook kleinere paadjes, waar we bijna struikelen over de boomwortels en de paddenstoelen. En soms is het echt spoorzoeken: dikke pakketten herfstblaadjes maken de paden onzichtbaar. In dit deel van de Heuvelrug is het zelfs op deze mooie zondag heerlijk rustig.
Meer volk vinden we op Plantage Willem III even verder, waar veel wandelroutes langskomen, onder andere NS-wandeling Elsterberg. Geen wonder, want het is hier prachtig. De kaalgeslagen heuvels, bespikkeld met zilverberkjes en enorme vliegendennen, zijn bijzonder, de uitzichten richting de uiterwaarden van de Rijn erg fraai.
Mijn blog over NS-wandeling Elsterberg >>
Willem III is een oude tabaksplantage. De smeltwaterdalen op de zuidhellingen van de Heuvelrug waren zeer geschikt om tabak te telen. Nadat de tabaksteelt verdween, verschraalde de grond door intensieve landbouw. En nu is het een van de grootste schraalgraslanden van Europa. Het heeft iets weg van een toendra, althans: zoals wij ons een toendra voorstellen...
Via een stijgend paadje langs de bosrand klimmen we omhoog. Door de bomen zien we Kwintelooijen liggen, een voormalige zandafgraving uit de jaren 70 van de vorige eeuw. De ijstijd heeft hier flink huisgehouden, diepe erosiedalen met hoogteverschillen van 50 meter zijn het gevolg. En fraaie uitzichten, in de verte zie je de Rijn glinsteren. Het hoge uitzichtpunt met een rij bankjes trekt dan ook flink wat aanloop.
Op landgoed Remmerstein wandelen over velden vol bloemen (halverwege november!). Dan komt Rhenen in zicht, met als pronkstuk de Cunerakerk, die bekendstaat als een van de mooiste laat-gotische hallenkerken van Nederland. Verder heeft Rhenen weinig in de aanbieding: de Duitsers bombardeerden het stadje plat in de oorlog.
In Rhenen ligt de verleiding op de loer om op de trein te stappen, vanwege moeheid en de naderende schemering. Maar hé, we willen de Heuvelrughike wel hé-lé-máál op onze palmares bijschrijven. Dus we lopen door, al worden onze schaduwen met elke stap langer en langer.
Een grindpaadje leidt ons langs Vogelenzang, ooit een zandafgraving en nu een spiegelglad meertje. Aan het eind beklimmen we een zeer steile trap die ons hoog op de steile rand van de stuwwal brengt. Waar we even verder pal langs lopen.
Hier op de Grebbeberg hebben hoogtevrezers het zwaar. Gelukkig krijg je als beloning de mooiste uitzichten van de dag, die toch al in fraaie vergezichten grossiert. Natuurgebied de Blauwe Kamer ligt aan je voeten; al is er met de ondergaande zon weinig blauws meer te ontdekken.
Een dalende trap met een oneindig aantal treden leidt ons de schemerige bossen weer uit, naar de Nederrijn. Bij de Grebbesluis halen we hollend de bus, waarin we uitpuffen én nagenieten van deze Heuvelrughike-etappe, die van begin tot eind prachtig is. Dat geldt voor bijna de hele Heuvelrughike. We zijn vast van plan hem – wellicht in omgekeerde richting – te herhalen in een nabije lente.
Deze wandeling hebben we gedaan in november 2022. In het kadertje hieronder zie je meer informatie over de gids waaruit de wandeling afkomstig is. De meest recente versie van routebeschrijving, kaartje en gps-track kun je downloaden op Wandelzoekpagina.nl.
De volgende wandelroutes uit deze gids staan ook op Frankwandelt, volgens het bekende recept: een verhaaltje gelardeerd met foto’s.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.