Heerlijke korte wandelroute door boswachterij Grolloo. Je wandelt door dichte bossen en langs schitterende vennen in het Hart van Drenthe. Die vennen zijn een genot voor het oog. In de lente zien ze wit van het veenpluis en scheren talloze soorten libellen over de spiegelgladde meertjes. Nu, in de winter, weerspiegelt het stille water de hoge bomen. Aanrader!
Op ultrakorte winterdagen heb je soms zin in een korte wandeling waar toch genoeg te beleven is. En dat is het geval op deze paaltjeswandeling van Staatsbosbeheer. In een rondje van 7 kilometer komen we niet alleen door fluisterstille bossen en langs tal van vennen. Ook heideveldjes strelen onze ogen. Horeca mist op deze tocht, maar dat is dan ook het enige vlekje op z’n verder smetteloze blazoen.
Deze route is waarschijnlijk in alle jaargetijden een natural beauty. Wij lopen hem vandaag op een heldere winterdag, terwijl de laagstaande zon betoverende stralen door de hoge bomen schiet. Kom je hier in lente of zomer, dan geniet je van de vele vlinders, vogels en bloemen die hier te vinden zijn. En van de witte zeeën van wuivende veenpluis rond de vennen.
In het najaar zie je niet alleen een explosie van herfstkleuren. Het is natuurlijk ook het seizoen van de paddenstoelen. In de bossen waar je doorheen komt, vind je honderden soorten, met mysterieuze namen als sombere honingzwam, dennenvlamhoed, sparrenstinktaailing, roestvlekkenzwam en wollige franjehoed. Ze zijn niet alleen fotogeniek, ze hebben ook een onmisbare rol in de kringloop van leven: bladafval en dood hout toveren ze om tot vruchtbare humus.
Wij zijn van plan de route in elk jaargetijde een keer te gaan lopen, zo mooi vinden we hem. Dus mocht je drie blije eieren in boswachterij Grolloo tegenkomen, dan zijn wij dat waarschijnlijk...
Het eerste ven dat we tegenkomen heet Blankeveen. Een half bevroren zwart meertje zien we, met goudgele rietkragen bij de oevers. Vogels scheren af en aan over het gladde water dat mooi aftekent tegen de diepgroene dennenbossen in de verte.
Dit soort vennen zijn ontstaan in komvormige dalen waarin regenwater blijft staan doordat de grond het water niet doorlaat. In het water en langs de oevers groeien planten die zich in het voedselarme regenwater thuisvoelen, zoals veenmossen, veenbes, zonnedauw en veenpluis. Onder het plantendek vormen de afgestorven resten een veenlaag. Op den duur kan een ven helemaal dichtgroeien.
Het Blankenveen ligt nog helemaal open. Maar het veenpluis groeit hier zo massaal dat de pluizenbollen in juni een deinende witte zee vormen. Schijnt een prachtig gezicht te zijn, wij verheugen ons er nu al op.
We komen door gevarieerde bossen, met ook aardig wat afgestorven bomen waardoor ze natuurlijk ogen. Dat dode hout vormt een prima voedingsbodem voor paddenstoelen en biedt woonruimte aan talloze insecten, allerlei soorten vogels en zoogdieren als boommarters en egels. Ook dassen huizen in deze bossen. Nergens anders in Drenthe leven zoveel dassen als hier en hun aantal groeit gestaag.
Eentonige bossen zien we onderweg ook: lange rechte rijen sparren van één soort en één leeftijd. Oorzaak is dat het bosbeheer in dit gebied lange tijd in dienst stond van de houtproductie. Voor de natuur zijn dit soort bospercelen natuurlijk de dood in de pot. Toch zijn sommige planten en dieren er verzot op. Zo heeft het goudhaantje, mijn lievelingsvogeltje, een voorliefde voor saaie sparren.
Verderop wandelen we door het Grollooërveen, met mooie verre zichten over meerdere vennetjes. We lopen over een lange houten vlonder tussen twee van die meertjes door, die allebei bevroren zijn. Het Grollooërveen is het grootste veengebied van de boswachterij. Hier hebben de heikikker, de heidelibel en de geoorde fuut het voor het zeggen, al houden ze zich vandaag verdacht stil.
Ook de adders houden zich koest, maar dat vinden wij niet erg. Ze schijnen veel voor te komen in het Grollooërveen. Vooral in het voorjaar vind je ze langs de oevers van de vennen, waar ze lekker liggen te zonnebaden. Bang voor een adderbeet hoef je niet te zijn, zolang je ze maar lekker laat zonnen.
Grappig om te bedenken: bewoners uit omliggende dorpen als Grolloo en Schoonloo groeven vroeger turf in het Grollooërveen, dat ze gebruikten om de kachel en de oven te stoken. Nog in de vorige eeuw hadden veel dorpelingen hier hun eigen stukje veen.
Wat ons vooral opvalt in dit gebied is de enorme rust. We komen alleen bij de twee parkeerplaatsen een handvol andere wandelaars tegen. Steden, dorpen of drukke wegen in de omgeving heb je niet. Het is hier bijna eng stil. Balsem op de ziel van gestreste stedelingen.
De Veenpluisroute bestaat helaas niet meer. Staatsbosbeheer heeft hem vervangen door de wandelroute Sprokkelspoor die door hetzelfde gebied loopt. Lijkt me eveneens een erg mooie tocht.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.