Op het snijvlak van winter en voorjaar maken we een gevarieerde driedaagse trektocht door de Ardennen. Stevige klimmetjes leveren fenomenale uitzichten. Diep in het dal leiden rotsige paden langs snelstromende riviertjes. We zien het kasteel van een verliefde professor. De Hoge Venen vormen een zompig hoogtepunt. Kampvuren verwarmen onze koude tenen, maar ‘s nachts bibberen we in onze tentjes.
We starten met een biertje op een terras aan het voormalige marktplein van het middeleeuwse stadje Malmedy. In de stralende zon lijkt dat een stuk warmer dan het in werkelijkheid is: het is nog winter, al hangt de lente in de lucht.
Kleumend kijken we uit over zo’n plein dat je alleen in een Ardenner stadje kunt treffen. Authentieke panden staan schouder aan schouder met lelijke nieuwbouw. In het midden een obelisk met een fier wapperende Belgische vlag. Aan de kopse kant als blikvanger de forse abdij, waar in vroeger eeuwen benedictijner monniken de scepter zwaaiden.
We nemen een flink stijgend pad, en het is echt even inkomen. Zowel voor ons – de eerste pijntjes dienen zich razendsnel aan – als voor het pad: we worstelen ons langs een enorme betonnen buis die eindigt bij een hoge betonnen pijp. Mooi is anders.
Gelukkig verandert dat snel als we over een steile kruisgang klimmen richting het kapelletje, La Chapelle du Calvaire. Vanaf de top zakken we af over slingerende landweggetjes door aangenaam heuvellandschap. Naaldbossen wisselen af met loofhout waar de lenteblaadjes zich nog gedeisd houden voor de kou.
Tussen de bomen doemt kasteel Reinhardstein op, de hoogstgelegen burcht van België. Gelegen op een rotspunt torent het uit boven het dal van het riviertje De Warche. Vlak bij de burcht stort de waterval van Reinhardstein zich in de Warche. Met zestig meter verval de hoogste waterval van België. Een kasteel met superlatieven dus.
Reinhardstein is een kasteel zoals een kasteel bedoeld is, compleet met dikke muren, torentjes en leien daken. Het kasteel stamt al uit de 13de eeuw en was in bezit van verschillende families. Een stoute graaf verpatste het in 1812 aan een handelaar in bouwmaterialen. In de vorige eeuw was het tot een ruïne vervallen.
In 1965 ontdekte professor Jean Overloop de ruïnes bij toeval. Naar eigen zeggen was het ‘liefde op het eerste gezicht’. De verliefde professor heeft het kasteel in oude luister hersteld. Hij woonde er tot z’n dood in 1994. Inkomsten uit middeleeuwse feesten, rondleidingen bij kaarslicht en trouwerijen houden het sindsdien op de been.
Wij zoeken ons eigen feestje: een bivak voor de nacht. Terwijl de zon de heuvels raakt, vinden we een mooi plekje op een hooggelegen weiland tussen rijzige bomen. Voor koeien vrezen we niet: alle dieren staan nog in de warme stal.
Snel fabriceren we een kampvuurtje, want het is inmiddels gemeen koud. Een blaffende ree houdt ons onzichtbaar gezelschap. Hoorbaar is ook een bosuil die verderop op muizen jaagt, een geluid dat de website van Vogelbescherming beschrijft als ‘hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee…’. Inmiddels steekt een ijzige wind de kop op. Die laat onze tenten ‘s nachts klapperen en rooft uren van onze slaap. De donzen slaapzakken houden ons net aan warm.
De volgende ochtend wandelen we via kleine paadjes verder, terwijl we kasteel Reinhardstein van de andere kant bewonderen. Af en toe is het flink steil klimmen, waarbij we merken dat we geen twintig meer zijn.
Langs het snelstromend riviertje De Warche gaat de tocht door bossen met af en toe een sprookjesboom. Net als het lunchtijd is, bereiken we het dorpje Sourbrodt, een ongeorganiseerde verzameling huizen en een kolossaal kantoorgebouw. Niet echt idyllisch.
We aarzelen voor de lunch bij een overbevolkt frietkot dat er niet al te aanlokkelijk uitziet. Zonder verwachting stuiten we om de hoek op ‘bistronomie’ Le petit Mont Rigi, dat gesloten oogt, maar dat gelukkig niet is. Even later zakken we weg in zachte muziek, mooi strijklicht, vriendelijke bediening, een knapperend haardvuur. Ze afficheren zich met ‘een oprechte en attente keuken’ en de gerechten zijn goddelijk. Het opstaan valt niet mee, maar dat kan ook door het bier komen.
We wandelen de Hoge Venen in, een hooggelegen natuurgebied bekleed met een sponsachtige mat van veenmossen. Kwetsbare planten als veenbes, kraaihei, wollegras en zevenster gedijen hier goed.
Ze hebben dit gebied recent flink onder handen genomen om te voorkomen dat het hoogveen verdwijnt. De vele naaldbossen, ooit aangelegd voor de bosbouw, moesten plaatsmaken voor de loofbomen die hier vroeger voorkwamen: berken, wintereiken, zomereiken, wilde lijsterbessen en ratelpopulieren. Heidevelden en hoogvenen zijn hersteld, de waterstand is verhoogd.
En dus lopen we over paden die hier en daar flink zompig zijn. Onbezorgd doorstappen is er niet meer bij. Na regentijden moet je oppassen dat je niet kniediep wegzakt in het zuigende hoogveen dat tussen het hoge gras op de loer ligt.
Verderop is het zo drassig dat ze knuppelpaden hebben aangelegd: houten vlonders die door het kletsnatte veen golven. Een betoverend landschap met ontelbare pollen van een soort stro, opgeluisterd met hier en daar wat zilverwitte berken. De zakkende zon waarschuwt dat we alweer moeten uitkijken naar een plekje voor de nacht.
We klimmen een beboste heuvel op, blijven overeind op wortelstruikelpaadjes. Het zicht tussen de bomen op het hoogveengebied is fenomenaal. Jachthutjes aan de bosrand geven aan dat het hier goed toeven is voor hert, ree en wild zwijn.
En misschien wel een lynx, want die schijnt hier ook voor te komen. Dit roofdier wordt op internet beschreven als ‘een superkat met het formaat van een herdershond’. Komen we liever niet tegen, maar de kans daarop is klein: hij wordt ook wel ‘de spook van het bos’ genoemd omdat hij zeer mensenschuw is.
Soppen door drassig veen wisselen we af met mini-knuppelpaadjes langs diepzwarte veenriviertjes. Een onmogelijk gebied voor onze tenten, dus we wijken van de route af, en trekken het bos in. Op een strook sappig gras midden in het bos vinden we onze ideale kampeerplek. De bomen dienen als windvanger, want wakker liggen is leuk, maar je moet het niet overdrijven.
Op een open plek maken we snel een kampvuur om op te warmen. Mijmerend boven het vuur knagen we aan een oudbakken broodje. Een bijna volle maan schijnt levensgroot achter donkere naaldbomen. De volgende ochtend worden we wakker met sneeuw op de tent. Verkleumd gaan we weer op pad, de handen diep in de zakken.
Bossen, veengebied en hoge heuvels passeren onze revue. Kaarsrechte steenslagwegen maken plaats voor kronkelpaadjes door bossen. Verderop gaan we weer stijgen en we lopen een tijd over een heerlijk paadje onderlangs de bergkam. We klimmen over omgevallen bomen op het pad. Naast ons stort de berg bijna loodrecht de diepte in, waar een klaterend riviertje stroomt: de Trôs Marèts.
We dalen af naar de snelstromende rivier en wandelen door z’n vallei over een rotsig paadje. Kabeltouwen langs het pad geven aan dat de moeilijkheidsgraad toeneemt. Struikelen levert minstens een zere knie op, of een plons in het ijskoude water. Twee ouderen met wandelstokken worstelen zichtbaar met het lastige pad. Het is sowieso ontzettend druk langs de Trôs Marèts, maar het is dan ook een pareltje.
Bij restaurant Ferme Libert, gevestigd in een eeuwenoude vakwerkboerderij, weerspiegelen de vele geparkeerde auto’s de drukte op het pad. Het restaurant is eigenlijk te chic voor onze zwaar bemodderde bergklompen, maar wij kunnen ermee leven. De maaltijd haalt helaas niet het hoge niveau van gister.
Dan is het nog een handvol wandelkilometers naar Malmedy, dat we in de verte al zien liggen tussen de heuvels. We dalen af over een zeer steil paadje, terwijl mountainbikers op een parallel pad met een bloedvaart omlaag suizen: hier hebben ze de skipiste omgetoverd tot het grootste ‘Bikepark’ van de Benelux. Nog eenmaal stijgen we fors, iets waar we niet meer op zitten te wachten, want we ruiken inmiddels de stal.
Deze driedaagse trektocht hebben we op goed geluk van Routeyou geplukt. Een dijk van een route van iemand die de omgeving goed moet kennen. We hebben de route hier en daar een beetje aangepast. Soms bestond een paadje niet meer. En we hebben een flinke slinger afgesneden, omdat we op de tweede dag geen kampeerplek konden vinden in het hoogveen. Onze GPS-track is van maart 2022.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.