De Aanbidding van het Lam Gods’ in de Sint-Baafskathedraal, de robuuste burcht Gravenstein, Werelderfgoed Belfort, de gemoedelijke Vrijdagmarkt en het authentieke Patershol. Deze korte stadswandeling voert langs alle hoogtepunten van Gent. Plezant!
Vergeet onderweg niet het 95 meter hoge Belfort te beklimmen en – pufpuf – nahijgend te genieten van ongekende vergezichten over Gent en omgeving.
Ik durf gerust te beweren dat je niet in Gent bent geweest als je geen bezoek hebt gebracht aan de Sint-Baafskathedraal. Van buiten was hij van top tot teen gestoken in een jasje van steigers toen wij er waren. Van binnen is het een indrukwekkende kathedraal. Foto’s mocht je er niet maken, iets waar Frankwandelt zich door de bank genomen geen donder van aantrekt.
De Sint-Baafs is de eerste parochiekerk van Gent, en telt niet minder dan 22 altaren. Laat vooral even je ogen strelen door de rococo-preekstoel aan de rechterkant. Een innig huwelijk van marmer en eik, waar ooit de vurigste preken denderden.
Neem ook een kijkje bij de praalgraven van Gentse bisschoppen, De Bekering van Sint-Bavo, een topstuk van Rubens, en natuurlijk – daar kwamen we voor – het wereldberoemde veelluik De Aanbidding van Het Lam Gods’ van de gebroeders Van Eyck. Oudste broer Hubert begon ermee, na zijn verscheiden maakte Jan het karwei af.
Laat je niet weerhouden door de prijs om dit oogstrelende veelluik uit 1432 te bewonderen (vier euro voor één schilderij, voor een zunige Hollander is dat van den zotte), want je wilt dit niet missen. Ik vond het van de categorie De Nachtwacht. Er valt zo ongelofelijk veel te zien in dit rijke en gelaagde werk. Vraag daarom zeker naar de audiogids, want er gaat daardoor een wereld voor je open.
BTW: twee van de twaalf panelen werden in 1934 gestolen, een van de bekendste kunstroven van België. Eentje werd terugbezorgd, het andere niet, en je kijkt dus naar een replica.
De ruim 300 treden van de nauwe stenen wenteltrap in het Belfort – stijgers en dalers wurmen zich als in een intieme dans langs elkaar – leiden je naar een uitzicht waar maar één woord voor is: magnifiek. Alle hoogtepunten waar deze wandeling langs voert, en nog veel meer, krijg je voorgeschoteld zodat je zowat ogen tekort komt.
Je moet er wel voor betalen, zoals bijna voor alles in Gent. Wij werden – heel sneaky – geronseld door een groep crisis-Spanjaarden die nog twee man (m/v) zocht, en we mochten naar binnen voor 3 euro 25 de man (m/v) in plaats van 5 euro te dokken. Iets waar wij zunige Hollanders wel oren naar hadden, !muchos gracias, hèhèhè.
Het Belfort, 95 meter hoog, is het trotse symbool van de onafhankelijkheid van de stad. In de toren worden nog altijd de stedelijke privileges bewaard die de Gentenaren in 1180 ontvingen. Is het Belfort mooi? Niet bepaald: eenzaam en grijs rijst het op boven Gent. Maar in z’n ongenaakbaarheid heeft het wel wat.
Het Belfort vormt de middelste van de beroemde Gentse torenrij, samen met de Sint-Niklaaskerk en de Sint-Baafskathedraal. Tegen het Belfort leunt de mooie Gentse lakenhal, die in de Middeleeuwen een belangrijke rol speelde in de wol- en lakenhandel, met Gent als een van de belangrijkste centra. In de lakenhal werden de stoffen door drie hallenheren gewaardeerd en gekeurd en hier vond ook de verkoop plaats.
Op de top van het Belfort torent de legendarische Draak van Gent die de horizon lijkt af te speuren naar de vijand. Als die vijand in aantocht was, verwittigde Klokke Roeland (een serie klokken uit 1314) de poorters van de stad. Ook terechtstellingen, hoog bezoek en uiteraard het begin van de Gentse Feesten kondigde de beiaard aan. Nu gebeurt dat nog steeds, op de terechtstellingen na dan. De Unesco plantte er haar felbegeerde stempel op: Werelderfgoed.
Na wat nauwe kruipdoor-sluipdoor steegjes opent zich plots een weids plein: de Vrijdagmarkt, een van de oudste pleinen van de stad. Het plein speelde een grote rol in de geschiedenis van Gent.
De Gentenaren organiseerden hier feesten en fora. De markt was ook het toneel van terechtstellingen en afrekeningen. De voor vadermoord veroordeelde Van Butzel was de laatste die er in 1822 werd onthoofd door de guillotine, nadat eerst zijn rechterhand werd afgehakt. Da’s nog eens wat anders dan een voorwaardelijke taakstraf, toch?
Pontificaal midden op het Vrijdagplein – je kunt niet om hem heen – staat een standbeeld van Jacob van Artevelde. Deze ‘wijze man’ van Gent koos tijdens de Honderdjarige Oorlog de zijde van Engeland. Out of the box denkend hief hij de boycot van de Engelse wolinvoer op en hij spaarde zo de lakennijverheid, de belangrijkste kostwinning van de stad. Op 26 januari 1340 riep hij koning Eduard III van Engeland uit tot koning van Frankrijk en hij tartte daarmee het gezag van de graaf van Vlaanderen.
Twee imposante gebouwen van de socialistische beweging staan in de noordelijke hoek van het plein: de Bond Moyson en Ons Huis, beide gebouwd rond 1900. Oorspronkelijk huisvestte de Bond Moyson allerlei winkels van de Gentse coöperatieve Vooruit. Later werd het gebouw omgetoverd tot kantoorruimte en ging het rijke art nouveau binnenwerk verloren. In Ons Huis werden studie-, vergader- en ontspanningsactiviteiten georganiseerd.
Kijk ook nog even naar het opvallende ‘Toreken’, een combi van trapgevel en spits torentje, opgetrokken in gotische stijl. Dit oudste gebouw van de Vrijdagmarkt dateert uit de vijftiende eeuw. Destijds was dit het gildehuis van de huidevetters. Aan het 'Toreken' hangt vandaag nog steeds de marktklok, die de aanvang van de markt aankondigde. De ring aan de zijkant fungeerde vroeger als schandpaal en er werden afgekeurde lakens aangehangen.
Wat in Amsterdam De Pijp is, is Patershol in Gent. Ooit een armzalige volksbuurt waar je je nauwelijks veilig op straat kon begeven, is Patershol tegenwoordig een überhippe buurt met tal van leuke restaurantjes en bruine kroegjes.
Wijk hier even van de route af (die scheert er namelijk langs) en struin door de leuke straatjes en steegjes, waarvan het patroon nog uit de Middeleeuwen dateert. Plof neer bij een restaurantje en laaf je aan authentieke Gentse gerechten.
Ooit was Patershol een gegoede buurt, eigendom van de graven van Vlaanderen. In de 13de eeuw hadden er zich paters gevestigd. In de 15de eeuw werd de Raad van Vlaanderen in het nabijgelegen Gravensteen ondergebracht, en kwamen advocaten en magistraten naar Patershol.
De keer kwam met de industrialisatie, begin 19de eeuw. Veel arbeiders kwamen in Patershol wonen. Grote gebouwen gingen tegen de vlakte of werden opgedeeld in kleine arbeiderswoninkjes. Eind 19de eeuw trok de industrie naar de buitenwijken, de werknemers volgden. Patershol met z'n nauwe straatjes verviel geleidelijk tot getto. Na 1970 herpakte de buurt zich.
Aanrader op Patershol is café Het Oeverloze Eiland, een praatcafé (vandaar dat oeverloze waarschijnlijk) en tevens stamkroeg van de Gentse schrijver Herman Brusselmans. Mocht hij er zitten, dan kan het handig zijn om de volgende uitspraken van Herman bij de hand te hebben, met alvast excuses voor het grove taalgebruik:
En mocht je nu net als Herman depressief zijn, ga dan een lekker lange wandeling maken. Goed voor lichaam en geest.
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.