Dagboekje Malerweg | Mooiste wandelroute van Duitsland

Bekijk mijn verslag met foto’s >>

Heerlijke wandelvakantie in de Sächsische Schweiz
Etappe 1 Pirna - Stadt Wehlen (12 kilometer)
Achttien kilo extra op mijn rug
De eerste kilometers vallen me, zoals gewoonlijk, zwaar. Alles in m’n lichaam moet weer wennen aan de achttien kilo extra die ik op m’n rug meetors. En ik weet dat ik de komende dagen allerlei pijntjes kan verwachten, die ook stuk voor stuk weer zullen verdwijnen. Hopelijk.
Maar: m’n teen houdt zich op de vlakte, dus nu is er kans om van het landschap te genieten.
Uttewalder Grund: mooiste kloofdal
Het eerste stuk gaat door het diep in het landschap ingesleten ‘Liebethal’. En lieflijk is het zeker. Ik loop langs een mooi snelstromend beekje met groen begroeide oevers. En gelijk tref ik al geschiedenis aan: een eeuwenoude watermolen en een monument voor componist Richard Wagner.
Het is koel en de regen, die gister als een kletsnatte deken Duitsland bedekte, ligt nog steeds op de loer. In de Uttewalder Grund, een van de mooiste kloofdalen van dit gebied, is het zo mogelijk nog killer. Huiverend maar genietend van deze door het stromende water diep uitgesleten ravijn (in Frankrijk heten ze Gorges) loop ik in snel tempo verder.
Stadt Wehlen in zicht
Dan klim ik langzaam het dal uit, steeds hoger, tot het bos zich opent en in de diepte het parmantige kerkje van Stadt Wehlen opdoemt. Afdalend naar dit kleine maar prachtige dorpje besluit ik mezelf op een hotel te trakteren. Dan nog niet wetend dat dit zo goed bevalt dat ik slechts één keer van m’n tentje gebruik zal maken. Foei.
’s Avonds eet ik in het Strandhotel, in een ruime en lichte eetzaal die aangenaam zicht biedt op de Elbe, waarop wat bootjes dobberen en de pont geruststellend heen en weer vaart. Buiten miezert het. Ik feliciteer mezelf met het besluit niet in m’n tentje te slapen.
Etappe 2 en 3: Stadt Wehlen - Ostrauer Mühle (27 kilometer)
Beliebteste touristische Ziel: grandioos uitzicht
We zien wel, ik ga op pad. Het is flink klimmen vandaag. Gaat het eerste deel nog langs de mooie Elbe-oever, daarna is het stijgen tot de Bastei, volgens mijn gidsje ‘das beliebteste touristische Ziel’ van deze streek. Hmm, klinkt druk. Maar het valt mee op deze doordeweekse maandag met nog steeds dreigende regen in de lucht. Alleen een paar handenvol actieve ouderen trotseren het weer.
Snap dat dit een geliefde plek is. Het uitzicht is grandioos: je kijkt zo de diepte in richting de Elbe die tot voorbij de horizon door het landschap slingert. En uit dat beboste landschap schieten tal van bijzondere rotsformaties omhoog.
Trappen en ladders
Hier krijg ik overigens een voorproefje van het bijzondere klimwerk tijdens deze route. Omdat de hoogteverschillen zo fors zijn, was de enige oplossing: vele trappen en ladders aanleggen waarmee die hoogteverschillen te overbruggen zijn. Dat maakt deze wandelreis bijzonder zwaar en tegelijk volledig ongeschikt voor hoogtevrezers.
Ik ben dat gelukkig niet, maar ik moet toch meerdere keren even wat wegslikken om met m’n zware rugzak zo’n loodrecht omhoog gaande ladder te bestijgen. Eén misgreep en ik ben veel sneller beneden dan ik zou willen. Voorzichtig dus maar.
Tegelijk voel ik een zekere haast. Het wandelen gaat veel langzamer dan gedacht vanwege die trappetjes, en ik ‘moet’ vandaag wel 27 kilometer lopen. Hmm.
Snik: ik mis de mooiste burcht in Hohnstein
Vanwege die haast mis ik een van de mooiste burchten in dit gebied in Hohnstein. Sorry burcht, geen tijd, we moeten verder. Nog twee keer tuimelt het pad omlaag en schiet het steil omhoog naar mooie uitzichten. De tweede keer sta ik te trillen op m’n benen van vermoeidheid. Oppassen nu, Frank, spreek ik mezelf vermanend toe. Want juist in afdalen ben ik geen ster en een misstap is zo gezet.
Heelhuids bereik ik de camping, waar ik met een loep moet zoeken om een stukje gras te vinden. Nog nooit zulke slechte grond gezien: louter steen en grind. Vloekend ben ik nog een half uur bezig om haringen zo goed en zo kwaad als het gaat in de grond te hameren met de hak van m’n bergschoen. Gelukkig waait het niet. Tóestand. Word ik niet te oud voor dit soort fratsen?
Etappe 4: Ostrauer Mühle - Neumannmühle (18 kilometer)
Schrammstein: om van de watertanden
Na een stuk door mooi bos, kom ik aan de voet van de berg die naar de Schrammsteiner rotsformaties leidt. Daar verheug ik me zeer op, ik heb er al wat foto’s van gezien: om te watertanden zo prachtig.
Maar ook wel druk hier. Bij de eerste de beste gigantische rots staan drie Duitse pensionado’s te poseren terwijl een jonge vrouw met hun toestel foto’s neemt. De eigenaar van de camera verontschuldigt zich breeduit lachend voor de camera “aus die Steinzeit”. Nog eentje met een ouderwets rolletje, begrijp ik. Z’n kameraden lachen mee, ze hebben het zichtbaar naar hun zin.
Oh Schrammstein, was ik maar schilder....
Ik klim snel door, weer via trappen en ladders. De spierpijn wordt weer flink voelbaar. Bovenaan gekomen geniet ik uitpuffend van het uitzicht op de Schrammsteine. Inderdaad, als ik nu schildersmateriaal en talent zou hebben, dan zou dit een prachtige locatie zijn voor een schilderij. Beide zijn echter niet in m’n bezit. Neem nog maar wat foto’s met m’n nieuwe Canon Ixus.
Superman met superspierpijn
Daar arriveren ook – zuchtend, steunend en lachend – de Drie Vrolijke Duitsers op de top. Ze vertellen dat ze ook de Malerweg lopen. Trots vertel ik over m’n lange etappe van gisteren. “Ein Doppelter, er hat ein Doppelter gelaufen. Das ist ein Supermann!,” knipogen ze lachend naar elkaar. Ik lach wat schaapachtig mee en laat de enorme spierpijn maar onvermeld, soms wil je je toch gewoon een jonge God voelen?
Etappe 5 Neumannmühle - Schmilka (14 kilometer)
Altes Zeughaus: anno 1642
Het eerste deel van de wandeling is rustig maar een tikje saai, veel door bos en de weg is altijd dichtbij, wat niet echt fijn is. M’n rustpauze neem ik in het Altes Zeughaus, anno 1642. Was het ooit een plek waar materiaal voor de jacht werd opgeslagen, nu is het een uitspanning, waar ze heerlijke biokoffie, biotaart met bioslagroom serveren.
Op biokracht klim ik naar de Grosser Winterberg. Even verder ligt van de route af een uitzichtpunt dat zeer de moeite waard is. Magnifiek zicht op de Elbe in de diepte, die met weidse bochten door het landschap slingert. Verveelt nooit.
Schmilka: biorestaurant zonder geitenwollen sokken
Schmilka is best een aardig plaatsje aan de Elbe, met in ieder geval een biorestaurant (wat is dat toch met dat bio in deze contreien?). Geen geitenwollen sokken hier, maar juist een wat pretentieuze tent. Wel lekker eten met de nodige vegetarische gerechten, maar de pretenties worden wat mij betreft niet waargemaakt. Met alle respect.
Leuk: ze verbouwen hun groenten en kruiden grotendeels zelf aan de oevers van de Elbe. Die rivier, is die eigenlijk wel biologisch?
In Schmilka overnacht ik in pension Sonnenheim. Aanradertje: € 25 euro slechts voor een goede kamer en een goed ontbijt (niet bio). Het zonnige humeur van de gastvrouw krijg je er gratis bij.
Entr’acte: uitstapje Prebischtor
Bliksembezoek aan Prebischtor
Het gidsje raadt aan er een dagtocht van te maken, evenals collega-wandelaar Piet Smulders. Ik heb daar geen tijd voor, dus ik besluit flink door te lopen naar Schmilka en de tweede helft van de middag te benutten voor een bliksembezoek aan de Prebischtor.
Brug tussen Tsjechië en Duitsland
Het eerste deel reis ik per bus: door het Tsjechische Hrensko naar de voet van de berg die ik op eigen kracht moet beklimmen.
Vanaf de bushalte is het nog een fikse klim van bijna een uur. En steeds is er in m’n hoofd het beeld van een enorm lange brug – door de natuur hoogstpersoonlijk gehouwen uit rots en zandsteen – die Tsjechië en Duitsland met elkaar verbindt.
Ik kom aan bij een soort uit de kluiten gewassen overhangende rots met een groot gat erin, waar misschien een flinke vrachtwagen in zou passen. Dat kan het toch niet wezen? Die gigantische Prebischtor moet daar ergens achter liggen natuurlijk! Ik loop verder, kijk erachter, ernaast, erboven. Nee, dit moet ‘m toch wezen, besef ik. Koude douche.
Humeur van hier tot Tokyo
Ok, toegegeven: het is echt wel een mooi stuk steen. Maar om er nou zo over te lopen opscheppen, mwahhh. Laat staan er een hele dagtocht aan te wijden. Om er op aai-afstand van te komen moet je ook nog 3 euro afdragen aan een Tsjech met een humeur van hier tot Tokyo. Leuk hoor.
Van Tsjechië heb ik sowieso een raar beeld overgehouden van dit avontuurtje. Hrensko, vanuit de bus gezien, was een verzameling protserige hotels, met aan de voet ervan uitdragerijen met duizenden tuinkabouters, felbeschilderde strandhanddoeken, allerhande snuisterijen. Kitsch, goedkope troep. Met alle respect.
Etappe 6 Schmilka - Königstein (22 kilometer)
Stille bospaden
Alledrie zijn ze nu met pensioen. En nu zijn deze pittige ouderen bezig met een pittige tocht. Petje af.
Want een pittige tocht is het. Ook dit traject weer. Vandaag gaat het veel over redelijk stille bospaden, en dit keer door rustige buitenwijken van plaatsjes als Schona: niet veel aan.
Dan opeens is het weer trappetje op, trappetje af. Ik beklim twee keer vlak achter elkaar een tafelberg: een berg met een afgeplatte bovenkant, vanwaar je mooie uitzichten hebt. Een van de twee moet je via smalle houten laddertjes beklimmen. Mijn gidsje waarschuwt me: men moet hier ‘schrittfest’ zijn. Met andere woorden: een misstap en Frankwandelt wordt Frankvliegt.
Ben ik wel schrittfest?
De hele dag zat dat al in m’n hoofd: ben ik eigenlijk wel Schrittfest? Het viel mee.
Dan krijg ik een tegenslag: dodelijk vermoeid in Gohrisch aangekomen, waar ik zal kamperen, blijkt de enige geldautomaat kaduuk. Ik kijk vluchtig in m’n portemonnee, maar er zit niet opeens meer in dan vanochtend: een briefje van tien en wat losse muntjes.
Bochtige dodenweg
De mevrouw van het toeristenbureau weet het ook niet. Ze kijkt me glazig aan en verwijst me naar Königstein, vier kilometer verderop. “Bergaf”, zegt ze er nog wel bij.
Die vier kilometer blijkt langs een bochtige dodenweg, waar auto’s elkaar nauwelijks kunnen passeren, wat ze niet belet om flink het gas erop te houden. Dan wordt vier kilometer opeens heel erg lang. Rakelings langs me rijden de auto’s, met grote snelheid.
Königstein: lawaaiig rotstadje?
Flink uit m’n hum – rotdorp, rotweg, rotauto’s, rotduitsers, rotgeldautomaten – bereik ik Königstein: een lawaaiig rotstadje.
Verkeer raast erdoorheen, en ook het centrum oogt armoedig.
Of is het mijn stemming?
Heerlijk terrasje, mijmerend over Lilienstein
Ja: ’s avonds, een beetje bijgekomen, zit ik heerlijk te eten op een terrasje. Zonlicht speelt over het vrolijk gekleurde tafellinnen. Het leven is weer goed.
Nieuwe moed, nieuwe plannen voor morgen. Eerst ga ik naar Lilienstein, alweer een tafelberg die ik in de verte zie liggen. Dan naar Weissig. Heb er zin an.
Etappe 7 Königstein - Stadt Wehlen
Stoomboot naar Pirna
Al flink kapot door de hitte, bijna 30 graden en onweer in de lucht, begin ik aan deel 2 van deze dag: de wandeling naar Stadt Wehlen, waar ik de stoomboot wil nemen naar eindbestemming Pirna, want de laatste kilometers van de Malerweg schijnen bar saai te zijn.
De klim naar de vesting Königstein mag er ook wezen. Zweet loopt in straaltjes tappelings langs m’n ruggengraat, langs m’n hals, langs m’n benen, en eigenlijk langs elk lichaamsdeel.
Cultuurbarbaar
Boven aangekomen is het ongeveer zoals ik al had gevreesd: busladingen toeristen, de nodige ‘merchandise’ en bijbehorende toegangsprijzen voor de hoofdattractie: een bezoek aan het kasteel.
Over kastelen, vestingen en ruïnes hanteer ik al jaren als standpunt: van de buitenkant en vanaf een afstandje zijn ze veel interessanter dan als je er van de binnenkant met je neus bovenop staat. Dat standpunt heeft me al vaak behoed voor ellenlange en tegenvallende bezoeken aan met veel tamtam gepresenteerde ‘hoogtepunten’ op reizen. Het heeft me wachten in lange rijen plus veel geld bespaard.
En dan ben ik maar een cultuurbarbaar, soi!
Onneembare vesting
De dagjesmensen links latend, daal ik langzaam af om even later toch nog prachtige (en gratis) uitzichten op vesting en kasteel te krijgen. Die vesting, zo lees ik in mijn boekje, gold als ‘onneembaar’. Ook door mij is hij niet genomen dus.
Nu begint een lange tocht over een mooi klein paadje hoog langs de Elbe, die je steeds in de diepte ziet schitteren.
Kleinood Rauenstein
In het laatste deel schuilt nog een kleinood: Rauenstein. Ik klim nog eenmaal hemelwaarts via trappen, ladders en met behulp van kettingleuningen. Nog eenmaal trekt de Malerweg alle registers open met spectaculaire uitzichten. Om dan weer af te rollen tot Potschka, met aan de overkant de ‘uitnodigende’ Stadt Wehlen.
Daar stap ik op een heus historisch Dampfschiff naar Pirna. En alsof de weergoden dat als signaal opvatten, barst het onweer in alle hevigheid los. Ik begon de Malerweg met regen en ik eindig met regen, en daartussenin was het droog. Zoals het hoort.
De beste camera’s en verrekijkers!
Comfortabel reizen met de trein

Mooiste huisjes midden in de natuur
Op Natuurhuisje.nl vind je unieke vakantiehuisjes midden in de natuur. In een natuurhuisje kun je je heerlijk terugtrekken van het drukke, dagelijkse bestaan. Je komt helemaal tot rust.
Meer actieve vakanties in Duitsland
- Mooiste wandelgebieden Duitsland
- Mooiste wandelvakanties Duitsland
- Mooiste wandelvakanties Duitsland met bagagevervoer
- Diemelsteig: mijn trektocht
- Hermannshöhen: mijn trektocht
- Querweg Freiburg-Bodensee: mijn trektocht
- Maximiliansweg: mijn trektocht
- Rheinsteig: mijn trektocht
- Altmühltal-Panoramaweg: mijn trektocht
- Eifelsteig: mijn trektocht
- Harzer Hexenstieg: mijn trektocht
- Malerweg: mijn trektocht
- Murgleiter: mijn trektocht
- Schluchtensteig: mijn trektocht
- Westweg: mijn trektocht
- Top Trail Albsteig
- Top Trail Eifelsteig
- Top Trail Altmühltal-Panoramaweg
- Mooiste vogelreizen in Nederland & Duitsland